Onlangs bezocht ik een seminar over integriteit. In dit seminar werd aandacht besteed aan integriteit in verschillende sectoren en beroepsgroepen. Onder andere de accountancy, de rechtelijke macht, de advocatuur en de publieke sector kwamen voorbij. Verder zie ik steeds meer seminars en congressen opkomen die in het teken staan van integriteit en ethiek. En dat is terecht. Een aantal oorzaken van veel actuele misstanden en incidenten is te wijten aan een gebrek aan integer handelen en ethische reflectie. Denk maar aan misstanden en incidenten in de financiële sector, de bouwsector en bij de woningcorporaties. Deze misstanden en incidenten kunnen grote gevolgen hebben voor het individu, de organisatie, de maatschappij en, in sommige bijzondere gevallen, de internationale gemeenschap.

Wat integer handelen is en wat niet-integer handelen is, is soms heel duidelijk. Maar vaak ook niet. Meestal zijn deze gevallen duidelijk als het al te laat is. Als incidenten zijn uitgegroeid tot misstanden. Of als bepaalde beslissingen van een organisatie door de rechter of door de publieke opinie zijn veroordeeld. Het vertrouwen en de reputatie van een organisatie dienen op een meer preventieve wijze beschermt te worden. Dit kan door het bestrijden van onethische blindheid.

 

Betekenis en strekking van integriteit en ethiek

Tijdens het seminar werd geen eenduidige beschrijving gegeven van het begrip integriteit. Maar aan de hand van voorbeelden, incidenten die in de media zijn bericht, kan je een bepaald beeld krijgen van wat er wordt bedoeld. Aan de hand van deze voorbeelden werd geprobeerd om betekenis te geven aan wat integer handelen niet is. Dit zijn duidelijke voorbeelden die integriteit in een zwart-wit-perspectief zetten.

Maar wat is integriteit precies? Wanneer handel je integer? In het woordenboek wordt integriteit gedefinieerd als onkreukbaarheid. Vanuit het studiemateriaal van het Nederlands Compliance Instituut wordt de volgende definitie toegekend:

de karaktereigenschap, van een individu of organisatie die inhoudt dat die eerlijk en oprecht is. Integriteit wordt ook geassocieerd met professionele verantwoordelijkheid, onkreukbaarheid en rechtschapenheid.“[i]

Integriteit heeft te maken met eerlijk en oprecht zijn. Je bent eerlijk als je juist handelt. Maar wanneer handel je juist? Dat is een ethische vraag die niet in alle gevallen duidelijk te beantwoorden is.

Integriteit en ethiek zijn begrippen die niet altijd even duidelijk zijn. Er zijn gevallen die deze begrippen in een grijsperspectief plaatsen. In het recht spreekt men van vage begrippen. Begrippen die dus niet eenduidig te definiëren zijn. In de Wet op het financieel toezicht wordt in een aantal bepalingen het woord integere gebruikt (bijvoorbeeld artikelen 3:10 en 3:17 Wft). Maar in artikel 1 Wft wordt het begrip integriteit niet gedefinieerd. Dat deze begrippen vaag zijn, heeft een doel. De wetgever gebruikt in wet- en regelgeving soms vage begrippen om de inhoudelijke betekenis van deze begrippen over te laten aan de rechter. De rechter heeft dan als taak om, op gepaste wijze, een bepaalde betekenis toe te kennen aan deze begrippen in de tijd en de omstandigheden van het geval.

Maar ook buiten de wet- en regelgeving is dit doel van belang. Het individu, de organisatie, de maatschappij kunnen betekenis toekennen aan integriteit en ethisch handelen. Zij kunnen en moeten betekenis toekennen aan de begrippen integriteit en ethisch handelen in de tijd en in de omstandigheden van de omgeving waarin wij (samen)leven en/of samenwerken. De (organisatie)cultuur, het geven van vertrouwen en de reputatie zijn de bouwstenen voor deze invulling. Zeggen en schrijven dat je integer bent is onvoldoende. De huidige tijdsgeest vraagt om woorden om te zetten in daden. Om verantwoordelijkheid te nemen en om verantwoordelijk te handelen. Hierdoor geef je vertrouwen aan anderen en het is bevorderlijk voor je reputatie.

 

Ethische blindheid

Integriteit is een vaag begrip. Ethische blindheid geeft een invulling aan wat integer handelen niet behoort te zijn. Het geeft meer houvast. Ethische blindheid betreft de tijdelijke situatie waarin de ethische dimensie van beslissingen niet wordt gezien. Als je deze ethische dimensie niet ziet, dan kan je andere belangen niet meenemen of mee laten wegen in de beslissingen die je neemt. Ethische blindheid kan zich voortdoen op zowel individueel niveau, als organisatorisch- en maatschappelijk niveau. De oorzaken van ethische blindheid kan verschillende oorzaken hebben, zoals door tijdsdruk of door autoritaire druk. Uiteraard zijn deze oorzaken afhankelijk van de feiten en omstandigheden van het geval.

Een mooi voorbeeld van ethische blindheid betreft de oude zaak over de Ford Pinto. De Ford Pinto is een auto die in de jaren ’70 en ’80 werd geproduceerd door Ford Motor Company. De Ford Pinto had een ontwerpfout aan de brandstoftank. De brandstoftank kon eenvoudig doorboord worden bij een aanrijding, omdat de brandstoftank zich bevindt aan de achterzijde van de auto. Het gevaar voor brand door doorboring van de brandstoftank zou dan ook hoog zijn geweest, met grote gevolgen voor de inzittenden van deze wagen.

De Ford Motor Company zou op de hoogte zijn geweest van deze fout, maar weigerde hier iets aan te doen. De kosten voor het verhelpen van deze fout waren te hoog in vergelijking met de kosten die Ford Motor Company zou hebben aan het vergoeden van de schade (letsel- en materiële schade).

Als ongeveer 12.500.000 Ford Pinto’s waren verkocht en deze auto’s aangepast dienen te worden voor een bedrag van $11 per auto, dan bedraagt het totaal van deze aanpassingskosten $ 137.5 miljoen.

Het totaal aan schadevergoedingen zou dan als volgt bedragen:

  • 180 personen die overlijden door toedoen van het brandgevaar van de Ford Pinto keer een bedrag van $ 200.000 per overleden persoon ($ 36 miljoen).
  • 180 personen met letsel. Uitkering van $ 67.000 per persoon (ongeveer $ 12 miljoen).
  • 2100 verbrande Ford Pinto’s. Uitkering van $ 700 per auto (ongeveer $ 1.5 miljoen).

Het totaal aan betaalde schadevergoedingen bedraagt dan ongeveer $ 50 miljoen. Dit bedrag is nog niet eens de helft van de aanpassingskosten. Vanuit een economisch nutperspectief kies je dan voor compenseren van de schade, omdat dit de organisatie minder kost. De Ford Pinto Company bewandelde dan ook de weg van het compenseren. Zij stopte pas met het produceren van de auto, toen de Ford Motor Company in een rechtszaak verwikkeld was met één van de vele slachtoffers van deze ontwerpfout. De Ford Motor Company leed uiteindelijk reputatieschade door deze rechtszaak.

De Ford Pinto-zaak is een voorbeeld waarin ethische blindheid een rol speelt, omdat de bestuurders slechts één perceptie hadden: winst maken. Zij hadden geen oog voor de belangen van anderen en zij hadden ook geen oog voor de reputatieschade die de organisatie uiteindelijk leed door haar beslissingen.

 

De aanpak van onethische blindheid biedt houvast om niet-integer gedrag tegen te gaan

Integriteit uitleggen aan de hand van vroegere misstanden en incidenten is hetzelfde als risicomanagement aan de hand van het verleden. Met andere woorden: het is onvoldoende om aan de hand van incidenten en misstanden uit het verleden toekomstige problemen en risico’s te voorzien. Incidenten en misstanden zouden dan terugkerende patronen vormen. Het is dan wel van belang om rekening te houden met vroegere gebeurtenissen, maar oude incidenten voorspellen geen nieuwe incidenten en misstanden.

Zoals ik net beschreef, kan het individu, een organisatie of de maatschappij invulling geven aan wat integer handelen of ethisch handelen is. Veelal zal deze invulling gebeuren naar aanleiding van een bepaald incident of misstand. Het leed is dan al geschied. Gelijksoortige, toekomstige incidenten en misstanden zullen dan aan de hand van deze nieuwe norm beoordeeld worden. Maar wat gebeurt er als een incident of een misstand zich voordoet die nog niet eerder is voorgekomen? Een opeenstapeling van incidenten uitgegroeid tot een misstand. Moeten we het dan opnieuw veroordelen en normeren? Of is er een preventieve oplossing mogelijk?

In financiële wet- en regelgeving wordt het begrip integriteit gehanteerd. Het nadeel van deze wet- en regelgeving is dat de wetgeving gericht is op de rotte appels in de mand. Maar niet iedereen is een rotte appel en daar ligt het gevaar. Niet iedere medewerker, bestuurder of politicus heeft per se kwaad in de zin. Zij zijn geen rotte appels. Zij hebben wel degelijk een besef van integriteit, normen, waarden etc. Het probleem is dat zij rot kunnen worden. Wet- en regelgeving beschermen daar niet tegen. Wet- en regelgeving komen pas aan de orde als het kwaad is geschied.

De tijdige aanpak van ethische blindheid heeft een preventieve werking, waardoor vroegtijdig ingegrepen kan worden bij incidenten. De toetsing van de integriteit aan de hand van wet- en regelgeving en eventueel gerechtelijke procedures werken slechts nadat het incident of misstand zich heeft voortgedaan. De aanpak van ethische blindheid begint binnen de organisatie zelf en de organisatie kan zelf bepalen hoe zij ethische blindheid wil bestrijden. Op deze manier kan de organisatie zelf werken aan het bevorderen van het vertrouwen en de reputatie.

 

 

 

 

[i] Nederlands Compliance Instituut, Handboek Compliance Professional 2013-2014, Nederlands Compliance Instituut 2013, pag. 14.